Dynamische bronlandschappen op de flank

De gebieden op de flanken van de Utrechtse Heuvelrug en Veluwe krijgen als gevolg van klimaatverandering te maken met veel sterkere fluctuaties van het grondwater waardoor deze natter worden. We willen daarom op deze plekken natte natuurgebieden ontwikkelen, als een zogenoemde klimaatmantel. Een klimaatmantel is een zone van multifunctioneel landgebruik, zoals natuur en natuurinclusieve landbouw, die als buffer dient tegen klimaatveranderingen en die de biodiversiteit vergroot. Hier wordt regen- en grondwater opgevangen en vastgehouden waardoor de beken jaarrond water kunnen leveren. Het schone grondwater zorgt ervoor dat zich hier bijzondere, kwelgebonden natuur kan ontwikkelen. In de landbouwgebieden kan met een fijnmazig systeem van stuwtjes meer water worden vastgehouden. In de stedelijke gebieden worden de grondwaterfluctuaties verminderd door lokale, duurzame grondwaterwinning.

Infiltratiecapaciteit vergroten in stad en land

“Nieuwe” natte gebieden als natuurontwikkeling inzetten

Fluctuatiezones rond steden inzetten voor drinkwater

Geen stad (nieuwbouw) in een gat

Op flanken ontspringen de beken

Aan de flanken van de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe treedt het ondiepe grondwater uit, dat eerder hogerop is geïnfiltreerd. Dit water is schoon en vormt een waardevolle bron voor vrijwel alle beken en waterlopen van Vallei en Veluwe. De oostzijde van de Veluwe heeft ten opzichte van de andere flanken een bijzonder karakter. Het sprengenlandschap met zijn watermolens is van grote cultuurhistorische waarde. De beschikbaarheid van grondwater als blauwe motor voor het oppervlaktewatersysteem is relatief stabiel en vrijwel continu beschikbaar.

Droger en natter door klimaatverandering

Klimaatverandering heeft grote effecten op het ondiepe grondwatersysteem. De verschuiving in het neerslagpatroon, in combinatie met heftiger buien en langere periodes van droogte, zorgt voor een grotere dynamiek. De beschikbaarheid van water uit deze bron is niet langer vanzelfsprekend. Ook wordt het periodiek natter: de bronnen leveren dan juist meer water. Grote gebieden worden dan veel natter. Zonder aanpassingen in het watersysteem en in het gebruik van land dreigt overlast in stedelijk en landelijk gebied. Extra water afvoeren is geen oplossing want dan is het water niet meer beschikbaar voor drogere tijden.

Water vasthouden en schoonhouden

De beschikbaarheid van grondwater is een grote kracht van Vallei en Veluwe, nu en zeker in de toekomst. Daarom is het de ambitie om deze flankgebieden met hun uitzonderlijke waterkwaliteit te koesteren als schone en voortdurend leverende bron voor het oppervlaktewatersysteem. Omgaan met de nieuwe dynamiek en zoeken naar een nieuwe balans is daarbij de uitdaging. Water vasthouden en schoonhouden en de (natuurlijke) zichtbaarheid van dit schone water staat daarbij voorop: de flanken van de hoge gronden als adaptieve en dynamische waterlandschappen.

Natuurgebieden

Door juist in de gebieden die het grootste effect van klimaatverandering ondervinden natte natuurgebieden te ontwikkelen, worden meerdere opgaven en kansen met elkaar verbonden. Met een substantiële uitbreiding van natuurareaal krijgen de hoge gronden een robuuste rand als aanvulling op de droge natuur in hun kerngebieden. Daarnaast levert de transformatie van landbouw naar natuur een grotere CO2-buffering in de bodem op en kansen voor biomassaproductie als bijdrage aan verduurzaming van ons energiesysteem.

Stuwtjes

Ook in de landbouwgebieden op de flank van de hoge gronden kan veel meer water worden vastgehouden dan nu, onder andere door aanleg van een fijnmazig systeem van regelbare stuwtjes. Klassieke uitbreiding van stedelijk gebied is in de waterlandschappen van de toekomst ongewenst. Bestaand stedelijk gebied kan lastig omgaan met hogere grondwaterstanden. Een kans is om het uittredende water in natte tijden in een ring rond de stad te ‘oogsten’ en te benutten voor de drinkwaterproductie. Deze dynamische winningen bewegen mee met het systeem.


Terug naar boven