Robuust en natuurlijk oppervlaktewatersysteem van bron tot monding

Het oppervlaktewatersysteem van de toekomst is gebaseerd op het vasthouden, bergen en accepteren van water, en tegelijkertijd op het schoonhouden, scheiden en zuiveren van water in ons gebied. Samen met het diepe grondwatersysteem verbinden de beken en watergangen gebieden met watertekort en wateroverschot in ruimte en tijd. Sponswerking van de bodem is hiervan een integraal onderdeel. Het water krijgt de ruimte, langs de grote rivieren, kanalen, beken en ook in de haarvaten.

Het stelsel van watergangen met hoge waterkwaliteit, biodiversiteit en cultuurhistorische waarde functioneert als drager van het natuurnetwerk en van een aantrekkelijker en toegankelijker landelijk gebied. Het water in de stad is zichtbaar en beleefbaar. En wij winnen schoon water terug uit rioolwater om het vervolgens lokaal aan de beken toe te voegen. Daarmee heeft het water een hoge waarde voor alle functies zoals duurzame landbouw, natuur, wonen en vrijetijdseconomie.

Infiltratiecapaciteit en sponswerking bodem vergroten in stad en land

Maximaal water vasthouden: van beek naar beekdallandschap

Robuuste en zichtbare beken, ook in het stedelijk gebied

Schoon riool- en regenwater als schone bron voor het watersysteem

Robuust blauw netwerk

Het huidige oppervlaktewatersysteem is ingesteld op het (zo snel mogelijk) afvoeren van water naar de grote rivieren en de randmeren. Door de grote gevolgen van klimaatverandering moet het watersysteem opnieuw worden doordacht. We zetten in op een robuust blauw netwerk. Hierdoor ontstaat een stelsel van waterlopen tussen de bron op de flanken en de grote rivieren en de randmeren. Dit stelsel dient als buffer voor de extreme weersomstandigheden. Om dat water te kunnen ‘bufferen’ geven we de beken meer ruimte en transformeren ze van afvoerstroom naar beekdallandschappen. Het oppervlaktewatersysteem vormt zo een samenhangend netwerk waar meerdere ruimtelijke kwaliteiten samenkomen. De beken vormen onderdeel van het natuurnetwerk en bieden de mogelijkheid voor een aantrekkelijker en toegankelijker landelijk gebieden. Hierdoor vertelt elke beek weer een eigen verhaal, van bron tot monding.

Maximaal vasthouden

Door de verbreding van de beek naar beekdallandschap ontstaat er interactie met het landgebruik erom heen. Door het water maximaal vast te houden wordt het watertekort en overschot in ruimte en tijd met elkaar verbonden. Het grotere oppervlaktewatersysteem vormt de waterberging in tijden van hevige neerslag. Het zijn de buffers die ervoor zorgen dat er bij hevige neerslag zo min mogelijk schade optreedt. Juist in deze natte periodes moet de waterafvoer zo lang mogelijk worden uitgesteld. Door de beek meer ruimte te geven en op strategische plekken het water te stuwen ontstaat er meer ruimte voor waterberging. Door deze andere invulling wordt het water in eerste instantie geborgen en pas in tweede instantie afgevoerd.

Sponswerking verbeteren

De sponswerking is een integraal onderdeel van de nieuwe beekdallandschappen. Bodems met een hoog organisch stofgehalte houden water beter vast. Daarom investeren we in deze beekdallandschappen in de bodemverbetering om hiermee het organisch stofgehalte in de bodem te verhogen. We dragen hiermee bij aan het klimaatproof maken van het gebied. Ook wordt hiermee de infiltratiecapaciteit naar de ondergrond zodat de blauwe motor verder wordt aangevuld.

Zichtbare beken

In het stedelijke gebied ondergaat de beek ook een wezenlijke transformatie. Door de beken ook hier meer ruimte te geven en weer bovengronds te laten stromen ontstaat meer bergingsruimte. Door de beek meer zichtbaar te laten zijn verbetert de ruimtelijke kwaliteit van het stedelijk gebied. Ook in de stad verbeteren we de sponswerking. Het regenwater wordt verder afgekoppeld naar de bodem, een wadi of de beken. Ook gezuiverd rioolwater is, in en rond de steden en dorpen, een belangrijke nieuwe bron voor het oppervlaktewater.


Terug naar boven